Door/by/von Lisette Nijboer
English below, German even further down below
We schrijven mei 2020, en we weten (net als altijd, eigenlijk) niet hoe we over vijf, tien of honderd jaar terug zullen kijken op deze tijd. Wat we wel weten, is dat het geschiedenis is. Het is een rare, unieke tijd en ik wil het graag vastleggen.
Ik wil graag schrijven over hoe we moeten wennen aan dit nieuwe normaal, en ons ondertussen kritisch moeten afvragen of we wel terug moeten willen naar het oude normaal. Want het oude normaal is wat ons hier bracht, maar het is ook wat we kennen en dus wat de makkelijkste optie gaat zijn om naar terug te gaan.
Ik wil graag schrijven over de eenzaamheid die toeslaat. Bij hen die niet bij hun familie kunnen zijn, omdat ze in een (te)huis wonen met zo veel kwetsbare anderen. De eenzaamheid bij alleenstaanden die thuis niet tegen iemand aan kunnen kletsen over hoe het nog steeds saai is, tijdens de zoveelste maaltijd zonder vrienden. Eenzaamheid bij hen die in een huis wonen waar ze zich niet thuis voelen, om wat voor reden dan ook, ondanks dat ze niet alleen zijn. Eenzaamheid bij kinderen die hun vriendjes missen, en niet eens echt snappen waarom.
Ik wil graag schrijven over hoe het mij persoonlijk aantast. Hoe ik heb gedacht dat mijn dag echt een stuk beter zou zijn als ik een lijmpistool had. Of over die keer dat ik spierpijn kreeg van slagroom slaan, omdat mijn armspieren niks meer voorstellen sinds ik niet meer sport. Over dat ik opgewonden was als de postbode aanbelde. Niet omdat mijn bestelde pakketje er was, maar omdat ik weer eventjes naar de brievenbus mocht lopen: toch zeker 10 meter naar buiten toe. Over hoe ik kaarten en brieven schreef, meer dan ik er ontving, maar ik houd geen score bij.
Ik wil graag schrijven over de mensen die ziek zijn, ziek waren of bang zijn om ziek te worden. Bang zijn, omdat ziek worden voor hen zo veel meer betekent dan drie dagen op bed met een beetje koorts en een bakje tomatensoep. Over de mensen die we ‘dapper’ en ‘sterk’ noemen, maar zichzelf vast niet zo voelen. Over de mensen voor wie we binnen blijven, als we het niet voor onszelf doen.
Ik wil graag schrijven over de ouders. Over de leerkrachten. Over de verplegers. Over de afvalophalers. Over de kassamedewerkers. Over de politieagenten. Over de conducteurs een de buschauffeurs. Over de kunstenaars. Over de studenten. Over de koks. Over de ontwerpers. Over de bouwers. Over hen, voor wie het nu zo veel moeilijker is. Maar verder dan dat kom ik niet. Want het is moeilijk. Op sommige dagen meer dan anders, voor sommige mensen meer dan voor anderen. Maar moeilijk, dat is het.
Ik hoop dat we over vijf, tien of honderd jaar terug zullen kijken en erkennen, dat het moeilijk was. Dat het feit dat een ander misschien groter leed heeft, niet betekent dat het jouwe niet echt is. Dat iedereen zijn steentje bijdroeg en we er samen voor hebben gezorgd dat we door een moeilijke tijd een nieuw normaal hebben kunnen ontwikkelen. Met zorg voor elkaar, sociale nabijheid ondanks fysieke afstand en een scheutje extra liefde voor iedereen.

We write May 2020, and we don’t know (as always, really) how we’ll look back at this moment in five, ten or a hundred years from now. What we do know is that it’s history. It’s a strange, unique time and I’d like to capture it.
I would like to write about how we have to get used to this new normal, and in the meantime critically question whether we should want to go back to the old normal. Because the old normal is what brought us here, but it is also what we know and therefore what will be the easiest option to go back to.
I would like to write about the loneliness that strikes. How it strikes those who can’t be with their family, because they live in a house (or home) with so many vulnerable others. The loneliness of single people who can’t chat to anyone at home about how it’s still boring, during yet another meal without friends. The loneliness of those who live in a house where they do not feel at home, for whatever reason, even though they are not alone. The loneliness of children who miss their friends, and not even really understand why.
I would like to write about how it affects me personally. How I thought my day would really be a lot better if I had a glue gun. Or about that time I got a muscle ache from whipping cream, because my arm muscles have shrunk to nothing since I stopped exercising. About being excited when the postman rang the bell. Not because the parcel I ordered had arrived, but because I was allowed to walk to the mailbox again: at least 10 meters into the outside. About how I wrote cards and letters, more than I’ve received, but I don’t keep score.
I would like to write about the people who are ill, who were ill or who are afraid to get ill. Afraid because for them getting ill means so much more than three days in bed with a light fever and a bowl of tomato soup. About the people we call ‘brave’ and ‘strong’, but who probably don’t feel that way. About the people we stay inside for, if we don’t do it for ourselves.
I would like to write about the parents. About the teachers. About the nurses. About the garbage collectors. About the cashiers. About the police officers. About the conductors and the bus drivers. About the artists. About the students. About the cooks. About the designers. About the builders. About those for whom it’s so much harder now. But that’s as far as I get. Because it’s difficult. Some days more than others, for some people more than others. But difficult, that’s what it is.
I hope that in five, ten or a hundred years we will look back and acknowledge that it was difficult. That the fact that somebody else might have suffered more doesn’t mean that your pain wasn’t real. That everyone did their bit and together we made sure that through a difficult time we were able to develop a new normal. With care for each other, social closeness despite physical distance and a little extra love for everyone.

Wir schreiben Mai 2020 und wir wissen (wie eigentlich immer) nicht, wie wir in fünf, zehn, oder in einhundert Jahren auf diesen Moment zurückschauen werden. Was wir jedoch wissen ist, dass es Teil der Geschichte ist. Es sind seltsame, einzigartige Zeiten und ich würde diese gerne festlegen.
Ich möchte darüber schreiben wie wir uns an diesen neuen Normalzustand gewöhnen müssen, und in der Zwischenzeit kritisch in Frage stellen, ob wir überhaupt zum alten Normalzustand zurückkehren sollten. Weil der alte Normalzustand der ist, der uns hier hingebracht hat, es aber auf der anderen Seite auch das ist, was wir kennen und der deshalb für uns die Option ist, zu der zurückzukehren es am einfachsten ist.
Ich möchte über die Einsamkeit schreiben, die zuschlägt. Wie es die betrifft, die nicht bei ihren Familien sein können, weil sie in einem Haus (oder einem Zuhause) mit vielen anderen Verletzlichen leben. Die Einsamkeit von alleinstehenden Menschen, die zuhause mit niemandem darüber plaudern können, wie es immer noch langweilig ist, wenn sie ein weiteres Essen ohne ihre Freunde verbringen müssen. Die Einsamkeit von denen, die in einem Haus leben, in dem sie sich, aus welchem Grund auch immer, nicht zuhause fühlen, obwohl sie nicht allein sind. Die Einsamkeit von Kindern, die ihre Freunde vermissen, und gar nicht richtig verstehen warum.
Ich möchte darüber schreiben wie es mich persönlich betrifft. Wie ich dachte, dass mein Tag wirklich ein ganzes Stück besser wäre, wenn ich eine Heißklebepistole hätte. Oder über die Zeit, in der ich Muskelkater vom Sahneschlagen bekommen habe, weil meine Armmuskeln geschrumpft sind, weil ich aufgehört habe mich zu sportlich zu bewegen. Darüber, wie ich ganz aufgeregt wurde, wenn der Pöstler klingelte. Nicht, weil das Paket, was ich bestellt habe, endlich angekommen war, sondern, weil ich wieder zum Briefkasten laufen durfte: mindestens 10 Meter nach draußen. Darüber, wie ich Karten und Briefe geschrieben habe, mehr als ich erhalten habe, aber ich zähle nicht nach.
Ich möchte über die Menschen schreiben die krank sind, die krank waren, oder die Angst haben, krank zu werden. Angst, weil für die Krankwerden so viel mehr bedeutet, als nur drei Tage mit einem leichten Fieber und einer Schüssel Tomatensuppe im Bett zu verbringen. Über die Menschen die wir „mutig“ und „stark“ nennen, aber die sich vermutlich gar nicht so fühlen. Über die Menschen, für die wir drinnen bleiben, wenn wir es nicht sowieso auch für uns selbst machen.
Ich möchte über die Eltern schreiben. Über die Lehrer. Über die Krankenpfleger. Über die Müllmänner. Über die Kassierer. Über die Polizeibeamten. Über die Schaffner und Busfahrer. Über die Künstler. Über die Studenten. Über die Köche. Über die Designer. Über die Bauarbeiter. Über die, für die alles gerade so viel härter ist. Aber weiter als das, komme ich nicht. Weil es schwer ist. Manche Tage mehr als andere, für manche Menschen mehr als für andere. Aber schwierig, dass ist es auf jeden Fall.
Ich hoffe, dass wir in fünf, zehn, oder einhundert Jahren zurückschauen und anerkennen, dass es schwer war. Dass der Fakt, dass jemand anderes noch mehr leidet, nicht bedeutet, dass dein Schmerz nicht echt ist. Dass jeder seinen Beitrag geleistet hat und wir zusammen sichergestellt haben, dass wir es geschafft haben durch eine schwierige Zeit einen neuen Normalzustand zu entwickeln. Mit Fürsorge füreinander, mit sozialer Nähe trotz physischer Distanz und einem bisschen Extra-Liebe für alle.